Maischen
Bij het brouwen van bier verwijst de term "maischen" naar het proces van het maken van een mengsel van gemalen mout en warm water om de noodzakelijke enzymen vrij te maken en de zetmeel van de mout om te zetten in fermenteerbare suikers.
De eerste stap is het grof schroten van de mout om een groter oppervlak te creëren voor contact met het water. Vervolgens wordt de geschrote mout in een maischketel gedaan en met warm water overgoten. De temperatuur van het water is cruciaal, omdat deze de activiteit van de enzymen beïnvloedt.
Tijdens het maischproces worden de enzymen in de mout geactiveerd en beginnen ze het zetmeel om te zetten in suiker. Deze suiker wordt later door de gist tijdens de fermentatie omgezet in alcohol. Het maischen gebeurt in verschillende temperatuurstappen om verschillende enzymen te activeren en verschillende soorten suiker te produceren.
Nadat het maischen is voltooid, wordt de vloeistof gescheiden van de vaste bestanddelen (bostel) (gefisheerd). Het verkregen vloeibare deel wordt "wort" genoemd en wordt verder gekookt met hop en vervolgens toegevoegd aan de gist voor fermentatie om bier te produceren.
Het maischen is een cruciale stap in het bierbrouwproces, omdat het de basis vormt voor de omzetting van zetmeel in suiker en zo de basis legt voor het latere alcoholpercentage en de smaak van het bier.